Iedere maand komt in Regenboog Lokaal in Bloemendaal een ander thema aan bod dat kan bijdragen aan diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid. Op 15 maart verzorgde Jasmijn Miete een lezing over (onbewuste) vooroordelen. De deelnemers werden meegenomen in wat vooroordelen zijn en dat ze ook een belangrijke functie hebben in het leven. Maar ook dat ze jezelf en anderen kunnen beperken. De aanwezigen werden tijdens de lezing uitgedaagd om met voorbeelden te komen en er werden casussen voorgelegd. Het was al met al een hele interessante (en gezellige) avond.
Wat zijn (voor)oordelen?
Er werd eerst stilgestaan bij wat vooroordelen zijn. Het brein werkt zo dat continu informatie wordt verwerkt en gerangschikt. Van de 11 miljoen stukjes informatie die binnenkomen, kunnen de hersenen er eigenlijk slechts 50 bewust verwerken. Het overige gebeurt onbewust. Een heel belangrijk proces om ‘normaal’ door het leven te kunnen gaan. Denk aan een dezelfde autorit die je vaak maakt, op een gegeven moment gaat het vrij gedachteloos. Wat prioriteit heeft en wat niet verschilt per persoon, het heeft veel te maken met wat je al kent, wat je belangrijk vindt etc. Er werd een filmpje getoond over een onderzoek waarbij aan een groepje kinderen – met donkere huidskleur – werd gevraagd om een wetenschapper te tekenen. Opvallend was dat ze eigenlijk allemaal een blank persoon tekenden. Als kinderen vijf jaar oud zijn, tekenen ze bij een dergelijk verzoek over het algemeen hun eigen gender. Maar hoe ouder ze worden, hoe vaker ze een man tekenen. Deze stereotypering wordt kennelijk gaandeweg het leven verder aangeleerd.
De cijfers
Er zijn best veel cijfers beschikbaar over welke vooroordelen het vaakst voorkomen. Bij het College voor de rechten van de Mens komen de meeste klachten binnen over benadeling vanwege leeftijd, maar liefst 21%. Dat werd herkend door de aanwezigen. Met name mensen met een hogere leeftijd hebben het moeilijk op de arbeidsmarkt. Maar ook geslacht is een prominente. Eerder werd in Regenboog Lokaal een lezing gegeven over de 7 vinkjes van Joris Luyendijk. Mannen hebben het over het algemeen makkelijker om succesvol te zijn dan vrouwen. Afkomst is ook een belangrijke, mensen met een niet-Nederlandse afkomst blijken 30% minder vaak benaderd te worden voor een functie dan mensen met een Nederlandse afkomst. En het hebben van een beperking: met het voorbeeld dat nogal eens degene naast een gehandicapte wordt betrokken bij een gesprek omdat er vanuit wordt gegaan dat degene in een rolstoel daartoe niet in staat is. Andere genoemde categorieen: uiterlijk (lookism), godsdienst/ levensovertuiging en geaardheid.
Andere fenomenen
Los van hoe het werkt met vooroordelen, werden ook een aantal andere menselijke fenomenen onder de loep genomen. In een filmpje werd een experiment getoond over ‘kuddegedrag’, mensen zijn geneigd om de massa te volgen, waarbij het niet altijd noodzakelijk is om te weten waarom. Ook: “Mensen gaan zich gedragen naar hoe ze worden behandeld”: De psycholoog Rosenthal voerde intelligentietesten uit bij kinderen en vervalste de uitkomsten, er werden hoge en lage uitslagen aan kinderen toegedicht terwijl dit niet overeenkwam met de werkelijk gemeten intelligentie. Het bleek dat de kinderen die een hoge waarde toegedicht hadden gekregen vervolgens betere schoolresultaten haalden dan de kinderen die een lage waarde toegedicht hadden gekregen. Ook relevant: de leerkrachten bleken de kinderen met hoge waarden beter te behandelen dan de kinderen met een lage waarde. Het bevestigingsvooroordeel kwam ook langs, wat wil zeggen dat als er al een vooroordeel is er als het ware gezocht wordt naar informatie die dat bevestigt. Het fenomeen “We can’t be what we can’t see”, onderschrijft de behoefte aan rolmodellen.
Wat kun je zelf doen?
Wat kun je zelf doen met vooroordelen, van jezelf en van anderen? Het is belangrijk te beseffen dat we kennelijk allemaal vooroordelen hebben, dat ze zelfs een belangrijke functie hebben in het leven. Wat je zelf zou kunnen doen is wat vaker bewust uit je eigen kringetje of comfortzone treden en jezelf vaker uitdagen om door te vragen en nieuwsgierig te zijn naar anderen. Als iemand anders een vooroordeel lijkt te hebben, dan zou je ook daar nieuwsgierig naar kunnen zijn en het gesprek aan kunnen gaan. Het keihard en direct veroordelen van vooroordelen is vaak niet een effectieve manier om iets te veranderen. Een organisatie kan zeker ook een en ander doen om benadeling zo veel mogelijk tegen te gaan. Zo is van belang dat er een duidelijke norm gesteld wordt. In de zorg – waar Jasmijn werkt – zijn er expliciete bepalingen in de CAO gekomen waarmee het inclusieve werkgeversschap wordt benadrukt en nader vorm wordt gegeven. Bewustwording kan worden gestimuleerd, bijvoorbeeld door een werkgroep en ambassadeurs aan te stellen die goed gefaciliteerd worden. Ook kwamen tips en trics naar voren over werving en selectie en medewerkerstevredenheidsonderzoeken.
Diversiteit
En belangrijk: het actief nastreven van diversiteit. Met daarbij de houding dat een diverse organisatie een hele rijke organisatie is. Inclusie gaat nog een stapje verder.
Daarbij aansluitend tot slot het motto: “Diversiteit is iedereen uitnodigen voor je feestje, inclusie is er (met elkaar) voor zorgen dat iedereen danst!”
Het Regenboog Lokaal in Bloemendaal is een ontmoetingsgelegenheid voor LHBTI+ers uit de omgeving. Elke derde vrijdag van de maand komen zij samen om een gezellige tijd met elkaar te hebben. Er wordt gezorgd voor infotainment gericht op cultuur en kunst, er zijn hapjes en drankjes en er is soep voor degenen die mee eten. Het Regenboog Lokaal is open van 16:30 tot 19:30 uur. Rond 17:00 uur start het infotainment, variërend van een lezing tot muziek en alles waar bezoekers verder aangeven interesse in te hebben.